klimaatontkenning 2.0
Er zijn overstromingen van Valkenburg tot Pakistan, en bosbranden van Canada tot Australië. Klimaatwetenschappers waarschuwen voor steeds extremer weer: zware neerslag, zeespiegelstijgingen, lange droogteperiodes en mislukte oogsten.” Dit schrijft Roy op het Veld in een essay (Trouw, 22 april). ‘Een apocalyptisch perspectief’, voegt hij er nog aan toe, om vervolgens doodleuk te betogen dat we na decennia van klimaat-inactie nog jarenlang rustig aan moeten doen. Op het Veld gebruikt de taal van de klimaatbeweging om de boodschap van de fossiele industrie uit te dragen. Dit zorgt er misschien voor dat zijn verhaal redelijk overkomt, maar verandert niets aan de inhoud. De mythe dat we (voorlopig) niet zonder fossiel kunnen is klimaatontkenning 2.0. Willen we een enigszins leefbare planeet behouden, dan is de vraag niet óf we zo snel mogelijk van fossiel af moeten, maar hóe.
Armoede en inflatie?
Op het Veld is tegen snelle klimaatactie, omdat dit volgens hem zou leiden tot sociale problemen, zoals energiearmoede en inflatie. Zo creëert hij een schijntegenstelling tussen ‘klimaat’ en ‘sociaal’. Niemand in de klimaatbeweging ontkent echter de sociale gevolgen van de energietransitie. Maar wat die precies zijn – en vooral: wie ze op hun bordje krijgt – is een politieke keuze.
Om te illustreren wat er kan gebeuren als er snel minder energie is, wijst de auteur naar de vele Nederlanders die de verwarming de afgelopen winter lager moesten zetten vanwege de oorlog in Oekraïne. Hij vermeldt niet dat fossiele grootverbruikers met miljarden werden gesubsidieerd, terwijl deze mensen de energierekening niet konden betalen. Zijn voorbeeld illustreert daarmee onbedoeld dat energiearmoede geen natuurwet is, maar het gevolg van politiek beleid.
Als er iets onontkoombaar negatieve gevolgen gaat hebben, dan is het niet klimaatactie, maar nog meer klimaat-inactie. Denk aan natuurrampen, honger, schaarste, geweld, conflict, oorlog, ziekte, talloze ontheemde mensen, een verergering van bestaande ongelijkheid, meer autoritaire regimes en nog meer druk op de democratie. Juist uitstel van broodnodig klimaatbeleid stort de maatschappij in een sociale crisis die haar weerga niet kent.
Binnen de klimaatbeweging richt Op het Veld zijn kritiek specifiek op Extinction Rebellion, dat eist dat Nederland in 2025 netto klimaatneutraal is. Maar dit volgens hem onrealistische jaartal is niet uit de lucht gegrepen. Het IPCC heeft uitgerekend hoeveel CO2 elk land nog kan uitstoten om binnen de afgesproken temperatuurgrenzen te blijven. Om een kans van (slechts) 66 procent te hebben om de verhitting van de aarde te beperken tot 1,5 graad, de doelstelling uit het Klimaatakkoord van Parijs, moetmNederland al in 2026 klimaatneutraal zijn. Niet ‘politieke haalbaarheid’, maar wetenschappelijke noodzaak zou de basis van klimaatbeleid moeten vormen.
Eerlijke keuzes
Er bestaat geen twijfel over: Nederland moet zo snel mogelijk van fossiel af. Dit zal grote gevolgen hebben voor de hele maatschappij. Op het Veld beschuldigt de klimaatbeweging ervan de gevolgen niet onder ogen te willen zien, maar juist hij blijkt niet bereid verder te kijken dan de status quo.
Niet alleen is het nodig om snel over te schakelen op hernieuwbare energie, maar ook moeten én kunnen we ons energiegebruik drastisch verminderen. Urgenda berekende al dat we in 2030 met de helft van ons huidige energiegebruik toe kunnen door besparingen in de bouw-, mobiliteit- en voedselsector en de industrie.
Politici moeten de (eerlijke) keus durven maken om de kwetsbaren te ontzien en de kosten van de transitie te leggen bij de bedrijven die de crisis hebben veroorzaakt. De als realisme vermomde vertragingstactieken dienen niemand anders dan de fossiele industrie. Drastische klimaatactie is nodig én mogelijk.
Dit opiniestuk is verschenen in Trouw op 3 mei 2023.